_*^*_*   Antoon « de Genezer » Louis Antoon, in den omtrek van Luik gekend als « de Genezer » is in zijne woning te Jemeppe overleden.
    Hij was geboortig van Bergen bij-Luik waar hij op 8 Juni 1846 werd geboren. Hij was fabriekarbeider, maar verliet zijn geboortddorp, 25 jaar geleden en ging zich in Rusland vestigen waar hij een fortuintje won.
    Te Jemeppe deed hij op Bois-de-Mont eene werkers cité bouwen.
    In 1903 deed hij verscheidene zijner huizen afbreken om een tempel te bouwen die hem 60,000 fr. kostte.
    Antoon had talrijke aanklevers zijner leering in verschillende landen van Europa, maar bijzonder in België, Frankrijk en Duitschland De tempel van Jemeppe bevat zijne drukkerij, waar elke week duizenden bronchuren en strooibriefjes werden gedrukt en verzonden.
    De “Antoinisten” — aldus roemt men de volgelingen zijner sectie — dragen eene soort soutaan en zeer grooten hoed. Hij heeft op zijn sterfbed den wensch uitgedrukt dat zijne vrouw hem in het verspreiden zijner leer zou opvolgen.
    Tweemaal werd hij vervolgd en veroordeeld tot geringe straffen, voor het on wetlig uitoefenen der geneeskunst.
    Zijne godsdienstleer, geheel gegrond op bijgeloof, vormt hoofdzakelijk volgelingen onder de lieden, die alle godsdienstig gevoel verloren hadden.

De Denderbode, 30 juni 1912

Traduction :

      _*^*_*  Antoine "le Guérisseur" - Louis Antoine, connu dans la banlieue liégeoise sous le nom de "le Guérisseur" est mort dans sa maison à Jemeppe.
    Il est habitant de Mons près de Liège où il est né le 8 juin 1846. Il était ouvrier d'usine, mais il a quitté son village natal il y a 25 ans et s'est installé en Russie où il a gagné une fortune.
    À Jemeppe, il construit une cité ouvrière sur Bois-de-Mont.
    En 1903, il démolit plusieurs de ses maisons pour construire un temple qui lui coûta 60 000 francs.
    Antoine avait de nombreux adhérents à ses enseignements dans différents pays d'Europe, mais surtout en Belgique, en France et en Allemagne, le temple de Jemeppe abrite son imprimerie, où chaque semaine des milliers de brochures et de tracts étaient imprimés et envoyés.
    Les "Antoinistes" - ainsi nomme-t-on les adeptes de sa secte - portent une sorte de soutane et un chapeau très grand. Sur son lit de mort, il a exprimé le souhait que sa femme le suive dans la diffusion de ses enseignements.
    Deux fois, il a été poursuivi et condamné à des peines mineures pour l'exercice illégal de la médecine.
    Sa doctrine religieuse, basée entièrement sur la superstition, a principalement trouvé ses adeptes parmi les gens qui avaient perdu tout sentiment religieux.