• De Antoinisten zijn het niet eens (De Nieuwe Gids, 5 juillet 1949)(belgicapress)

    De Antoinisten zijn het niet eens (De Nieuwe Gids, 5 juillet 1949)(Belgicapress) DE ANTOINISTEN ZIJN HET NIET EENS

    ZEVEN-EN-DERTIG jaar geleden, de 25 Juni 1912, overleed, te Luik, Louis-Joseph Antoine, meer bekend onder de naam «Père Antoine», de stichter van Antoinistische Cultus, een godsdienstige sectie die in Wallonnie, op enkele plaatsen, enige aanhangers heeft. De weduwe van «Père Antoine» stichtte de 27e Juni 1921, onder de naam «Culte Antoinisten» een vereniging van openbaar nut, welke voor doel had de verspreiding van de Antoinistische cultus te bevorderen en zijn tempels en andere tijdelijke goederen te beheren. Zo werd een zekere Emile Henoul aangesteld als bedienaar van de Antoinistische tempel, Quai des Ardennes te Luik. In 1943 ontstond een meningsverschil tussen Henoul en de Antoinistische overheld en Henoul ging zich vestigen te Angleur, waar hij onder de naam «Culte Antoinisten» een nieuwe tempel oprichtte om er de leer van «Père Antoine» in «haar oorspronkelijke zuiverheid» te belijden.
        Daarop werd hij door de eigenlijke Antoinisten voor de rechtbank gedaagd om zich verbod te horen opleggen zich te laten doorgaan als de bedienaar van een Antoinistische tempel en de naam «Culte Antoiniste» te gebruiken.
        Het Hof van Beroep te Luik heeft thans uitspraak gedaan in deze zaak in een arrest, dat deze week gepubliceerd werd in «Le Journal des Tribunaux».
        Hoewel Henoul niet betwistte dat «Père Antoine» wel degelijk de stichter was van de «Antoinistische cultus» komt het Hof tot de enigszins verrassende bevinding, dat niets de «dissident» Henoul kan beletten zich als bedienaar van deze eredienst uit te geven.
        Inderdaad, aldus het Hof, onverschillig of men het «Antoinisme» als een godsdienst, een opinie, een theorie of een wijsbegeerte beschouwt, de grondwet waarborgt zowel de vrijheid van eredienst als de vrijheid van opinie en de vrijheid van vereniging. Het komt dus de Justitie niet toe zich op enige wijze te mengen in conflikten van confessionnele dissidentie.
        Iets anders, gaat het Hof verder, is het gebruik van de naam «Culte Antoiniste». Juist dezelfde naam gebruiken sticht verwarring en verwarring is altijd in strijd met het openbaar belang. Henoul mag wel in zijn opschriften zinspelen op het Antoinisme maar moet zich toch op enige wijze onderscheiden van de oorspronkelijke Antoinisten. En zeggen dat «Père Antoine» de vrede wilde brengen onder de mensen!

    De Nieuwe Gids, 5 juillet 1949 (source: belgicapress)

     

    Traduction :

                                           LES ANTOINISTES NE SONT PAS DU MÊME AVIS

    Il y a sept ans et demi, le 25 juin 1912, décédait à Liège Louis-Joseph Antoine, plus connu sous le nom de "Père Antoine", fondateur du Culte Antoiniste, une secte religieuse qui compte quelques adeptes en Wallonie. La veuve du "Père Antoine" a fondé le 27 juin 1921, sous le nom de "Culte Antoiniste", une association d'utilité publique, dont le but était de favoriser la diffusion du culte antoiniste et de gérer ses temples et autres biens temporaires. C'est ainsi qu'un certain Emile Henoul est nommé ministre du temple antoiniste, quai des Ardennes à Liège. En 1943, un désaccord surgit entre Henoul et l'hiérarque antoiniste et Henoul s'installe à Angleur, où il fonde un nouveau temple sous le nom de "Culte Antoiniste" pour y professer l'enseignement du "Père Antoine" dans "sa pureté originelle".
        Il est alors assigné en justice par les Antoinistes actuels pour entendre l'interdiction de se faire passer pour le ministre d'un temple Antoiniste et d'utiliser le nom de "Culte Antoiniste".
        La Cour d'appel de Liège s'est prononcée sur cette affaire dans un arrêt publié cette semaine dans le "Journal des Tribunaux".
        Bien que M. Henoul n'ait pas contesté que le "Père Antoine" était bien le fondateur du "Culte Antoiniste", la Cour est arrivée à la conclusion quelque peu surprenante que rien ne pouvait empêcher le "dissident" Henoul de s'exprimer en tant que ministre de cette secte.
        En effet, selon la Cour, que l'on considère l'"Antoinisme" comme une religion, une opinion, une théorie ou une philosophie, la Constitution garantit la liberté de culte ainsi que la liberté d'opinion et la liberté d'association. Il n'appartient donc pas à la justice d'interférer de quelque manière que ce soit dans les conflits de dissidence confessionnelle.
        Autre chose, poursuit la Cour, l'utilisation de la dénomination "Culte Antoiniste". Le fait d'utiliser exactement le même nom crée une confusion, et la confusion est toujours contraire à l'intérêt public. Henoul peut faire allusion à l'Antoinisme dans ses inscriptions, mais doit toujours se distinguer d'une manière ou d'une autre des Antoinistes originels. Et dire que le "Père Antoine" voulait apporter la paix entre les hommes !


  • Commentaires

    Aucun commentaire pour le moment

    Suivre le flux RSS des commentaires


    Ajouter un commentaire

    Nom / Pseudo :

    E-mail (facultatif) :

    Site Web (facultatif) :

    Commentaire :